[vervolg op Bier zuipen en kut roepen]
Nu heeft Vasalis ook al haar dagboeken aan het Letterkundig Museum overgedragen. Postuum nog wel. Ik zei je dat het een trend ging worden. Iedereen ruimt z’n zolder op en dumpt al die shit maar bij het museum.
Als ik vandaag in een dagboek zou schrijven, maar dat doe ik niet, want ik heb al vier schrijfvensters openstaan en dat is genoeg, zou ik schrijven dat het te hard waait om te gaan hardlopen – ja maar waarom doe je het dan toch. Dat ik hardop vloekte tegen de wind in en dat was fijn. Ik passeerde een bankje met drie jongens die een wedstrijdje ver spugen deden, maar niet toen ik langskwam. Een vrouw kwam zomaar uit de bosjes gelopen, ze veegde de modder van haar schoenen af. Ze had geen hond en er was niemand in de buurt en wat had ze daar in hemelsnaam gedaan. Ik kwam een man tegen en hij ging opzij, maar ik ook, ik rende in een boog om hem heen en zei: ‘Dit is mijn keerpunt,’ en dat sloeg nergens op en zoek er vooral geen diepere bedoelingen achter.
Ik zou schrijven dat ik nu de dagboeken van Sylvia Plath lees, totaal anders dan Susan Sontag, veel anekdotischer, veel beter te volgen. Prikkelend. Dan schrijft ze ineens: ‘Waarom pleegde Virginia Woolf zelfmoord?’ en ik zal een boek schrijven met die titel, nee ik doe als titel ‘Waarom pleegde Sylvia Plath zelfmoord?’ als verwijzing naar, snapt u wel. Het boek staat vol met essays over de vraag waarom vrouwen geen meesterwerken schrijven (behalve Virginia Woolf en Sylvia Plath) of nooit in combinatie met kinderen of nooit in combinatie met een lang gelukkig leven. Het boek is ook grappig, met verwijzingen naar bekende discussies over mannen en vrouwen. Norman Mailer vs. Germaine Greer. Dit artikel van Marja Pruis over vrouwen en humor. Waarom vrouwen zoveel lezen. Waarom vrouwen thrillers schrijven. Waarom ze geen prijzen winnen. En het antwoord is iets met non-conformisme en hoofdpijn. Nu weet iedereen de inhoud, dus ik hoef het niet meer te schrijven. Dat scheelt weer.
Ik zou schrijven: het is volle maan en ik heb vandaag meer puisten dan gewoonlijk, maar ik kon ook harder hardlopen. Zou het iets met elkaar te maken hebben?
Ik zou schrijven over seks of liefde, maar dat hoeft niet iedereen te weten.
Ik zou schrijven over mijn werk, maar dat wil niemand weten.
Ik had eens iets geschreven en een redacteur schreef terug: ‘ja wel aardig, maar ik mis de relevantie.’ Ik zou zeggen: ga eens kijken in het Letterkundig Museum. Het is daar ook wel aardig. Relevant is wat de lezer relevant vindt, alles wat iemand schrijft of alleen die ene regel.
[einde]