U heeft ook hele mooie billen

Toen ik nog niet zo lang in dit ghetto woonde, kwam mijn moeder een keer langs. Ze liep van de tramhalte naar mijn huis en werd daar aangesproken door een Surinaamse man, jonger dan zij, ook weer niet piepjong. Mijn moeder, een beleefde dame, negeerde hem niet.

‘Wat bent u een mooie vrouw,’ zei hij.

‘Oh. Dat vindt mijn man ook.’ Het was een grapje, maar de hint was wel duidelijk. Maar deze man had nog niet genoeg gezegd. Hij prees haar gezicht, haren, probeerde er echt meer van te maken:

‘En u heeft ook hele mooie billen.’

Natuurlijk moest mijn moeder lachen toen ze dit aan mij vertelde. Ze vond hem vooral een rare man, omdat hij niet stopte toen mijn moeder op subtiele wijze duidelijk maakte dat ze niet van zijn flirts gediend was. Aan de andere kant: hij deed verder niks. Hij maakte een praatje.

Vandaag opent Hester Macrander opnieuw de discussie over deze straatflirters. Een man zoals hierboven beschreven, zou met een boete bestraft moeten worden. Vorig jaar werd dit probleem ook al in beeld gebracht door Sophie Peeters in haar docu ‘Femme de la rue‘. Het ging dan vooral om moslimmannen, opgevoed met weinig respect voor de ongehuwde, niet-moslimvrouw. Ze zien ons als hoeren, daar kwam het op neer. Ik heb die ervaring zelf niet, maar ik kan me voorstellen dat het in bepaalde buurten/steden anders is.

Want zo ervaar ik het: ik krijg soms de mooiste opmerkingen naar me toe op straat en ik heb er geen last van. Ik heb in mijn leven wél eens last gehad van graaiers in de discotheek, om ze zo maar even te noemen. Zie je, Hollandse mannen hebben het euvel dat ze niets durven te zeggen totdat ze een paar potjes bier op hebben en dan vinden de stijve horken dat ze wel kunnen dansen, met jou, en je ook wel beet mogen pakken waar het ze goed uitkomt. Een straatflirter heeft me nog nooit aangeraakt, nog nooit.

sophie peeters

Hester Macrander maakt zich zorgen over haar dochter van 15. Ik snap dat wel. Als je 15 bent, ben je erg gewild en er zijn veel mannen op straat, bovendien, je moet nog leren hoe ermee om te gaan. Totaal negeren is tactiek 1; wordt soms geïnterpreteerd als hard to get, maar meestal is het effectief genoeg. Tactiek 2 is gewoon een praatje maken; mannen zijn als spinnen, ze zijn meestal banger voor jou dan jij voor hen. De straatflirters genieten van een mooie dag met mooie vrouwen, en geloof me, je kunt soms erg lachen als je wel een praatje maakt met dat duistere groepje hangjongeren.

Tactiek 3 bestaat ook nog: dat is terugflirten. Want het gekke is, soms is zo’n man die zomaar ‘hallo’ tegen je zegt, een hele leuke man. Als we het hebben over een avondje uit met vrienden in de kroeg en dan is daar een vriend van een vriend, een vage bekende, of een totale vreemde die zich aan de groep toevoegt, dan vinden we zo’n ‘hey, en wie ben jij’ ineens wel leuk… Is het niet zo: objectief gezien is er geen verschil tussen een gespreksopener van welke soort dan ook en de intimidatie die Macrander omschrijft. Natuurlijk, er zijn duidelijke grenzen: nee is nee en van mijn lichaam blijf je af. Dat moeten we onze zoons én dochters leren. Maar ik denk niet dat we onze dochters moeten opvoeden met de angst dat elke man die naar je sist, die grens ook zal  overschrijden.

Lees hier ook de reactie van Maartje Luif.


Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s

Deze site gebruikt Akismet om spam te bestrijden. Ontdek hoe de data van je reactie verwerkt wordt.