De zon vroeg erom dus ik ging een stukje rennen. Ik ben een mooiweerloper. Het was donderdagochtend, negen uur. Het was verbluffend mooi die dag: de zon, de sneeuw en er was bijna niemand, dit was mijn loopkoninkrijk, het pad langs de Rotte.
In de verte liep een jong stel met een jonge hond. Toen ik dichterbij kwam, liet de vrouw de hond zitten. Zij bleef staan en bleef naar de hond kijken. Hij bleef zitten. Ik rende voorbij. Hij bleef zitten.
‘Goed zo! Brrrraaaaafffff!’ zei de vrouw. Hij was me niet gevolgd. Hij had niet naar me geblaft, hij had niet in m’n kruis gesnuffeld.
Ik wil niet suggereren dat mannen honden zijn (in ieder geval niet: alle mannen), maar het deed me wel ergens aan denken. Misschien werkt het als we mannen schouderklopjes geven voor elke niet besprongen voorbijganger.
Dit was het beste voorbeeld dat ik vond. Blaft niet, bijt niet, snuffelt niet, poept niet, loopt niet met z’n smerige poten je huis in, oké, leeft niet, is jammer.
LikeLike
Tuurlijk is die hond braaf, het is gewoon een nepperd!
LikeLike