Onder deze titel verscheen woensdag (6 november) in Trouw een boeiend artikel over mijn hertaling van Couperus – en over de voors en tegens van hertalen. ‘Rechtgeaarde Couperianen vinden het heiligschennis,’ staat al in de inleiding te lezen. Zo zegt Dick van Vliet, bekend van de Verzamelde werken van Couperus: ‘We moeten niet de illusie hebben dat vmbo-leerlingen nu ineens massaal Couperus gaan lezen.’ En Couperus-biograaf Rémon van Gemeren laat het werk van Couperus liever uitsterven dan hertalen…
Maar voor ik nog wat visies op het hertalen deel: kijk eens wat een mooie illustraties!

Hedy Tjin maakte deze illustraties voor Trouw. Erg mooi gedaan, en ik kan de invalshoek erg waarderen. In het denken over de uitgave van Van oude mensen heb ik ook het idee gehad om op de cover een ingekleurde foto van Couperus te plaatsen. Misschien ken je het wel, je ziet tegenwoordig steeds meer oude foto’s die ingekleurd worden, bijvoorbeeld van bekende historische momenten, van oorlogssituaties, om het verleden weer tot leven te brengen. Ook dat is altijd wat controversieel, of tenminste is het een vak apart, want hoe weet je zeker welke kleur Couperus’ hoed op de foto had en welke tint precies van die kleur? Uiteindelijk te ingewikkeld voor een cover, maar daarom vind ik het zo leuk dit idee bij dit artikel terug te zien. Lees het volledige artikel vooral en volg Hedy Tjin op Insta.
Ik geef nog wat andere reacties op de hertaling, nog vóór verschijnen dus. Liliane Waanders schrijft op Literair Nederland: ‘Als Hamlet het kan hebben dat hij grondig onder handen genomen wordt, waarom zouden Gijsbrecht van Aemstel, Max Havelaar en Eline Vere dat dan niet verdragen?’
En Henk Wolf probeert in een interessant stuk te verklaren waarom hij een ‘irrationele’ aversie tegen hertalingen heeft: ‘Hertalers van twintigste-eeuwse literatuur breken met die sociale mythe. Ze scheppen een heel ander kader: dat waarin de cultuur van 2019 een andere is dan die van 1906, waarin het heden veel later begint dan in 1906, waarin ‘mijn cultuur’ (in uitgebreide zin) niet langer als vanzelfsprekend wordt doorgegeven. Dat doet pijn. De aversie die ik voel als ik over de hertaling van Couperus lees, is verliesaversie. Er wordt hardop gezegd dat mijn uitgebreide heden, mijn cultuur, mijn tradities hebben afgedaan. En dat er op afzienbare termijn een moment komt, in 2020, in 2073 of in 2106, waarin mijn cultuur niet meer bestaat, waarin mijn boeken niet meer gelezen kunnen worden, waarin mijn taal weg is.’
In de tussentijd plaatste Marc van Oostendorp deze Lubach-VVD-steunbetuiging op Twitter:

En weer door met alle neerlandistiek-projecten! Nog veel meer belangrijks! Nee, er staat geen volgende hertaling gepland. Eigen fictie, proza, poëzie en gewoon… lesgeven! Kopen & lezen jullie het boek dan in de tussentijd? Dan komen er straks ook echt inhoudelijke reacties… ik ben benieuwd.