Ik werd meningenmoe. Misschien bij Trumps verkiezing. Al het nepnieuws, of verdraaide nieuws, hoe je het wilt noemen, alle meningen daarover, het verveelt. Alles wordt kapotgefactcheckt, maar wie wil echt iets weten? Iedereen schreeuwt maar wat. Het is alsof we met z’n allen in zo’n binnenspeelparadijs terecht zijn gekomen. Je schrikt je dood als je er binnenloopt. Er wordt alleen maar gegild. Het is de hel. Maar na tien minuten ben je gesetteld met een kop koffie, de krant, appelgebak.
Begrijp me niet verkeerd, ik vind dat er iets moet gebeuren, er is iets grondig mis met een wereld waarin discriminatie wet wordt, waar journalisten weggezet worden, waar vluchtelingen benoemd worden tot criminelen of terroristen en waar openlijk uitnodigingen gedaan worden voor nieuwe oorlogen. Dat is een gevaarlijke wereld en het is naïef om te denken dat het hier zo’n vaart niet kan lopen. Ik vind het nodig dat linkse en middenpartijen samen één blok vormen dat zegt: ‘Wij zijn solidair. Over alle kwesties worden we het eens, maar gelijkwaardigheid is ons uitgangspunt en daar handelen we naar.’ Laat een leider van dat blok opstaan, zodat we weten op wie we moeten stemmen – ook al moeten dan wat andere leiders hun ego aan de kant zetten.
En daar heb je mijn twee cent. Ik heb het gezegd. Ik heb allerlei andere mensen die ook zoiets zeggen geretweet en geliket als een malle. Ik heb ook iets geschreeuwd. En nu? Appelgebak?
En wat heeft het voor zin om erover te schrijven?
Ik zie het als een plicht om iets te doen. Dat kan zijn: de barricades op. Maar dat kan ook zijn: je kinderen opvoeden tot beleefde, betrokken, kritische burgers. En het minimale: je stemrecht benutten. Of: ingrijpen als je onrecht ziet, het alleen al benoemen. In het afgelopen halfjaar had ik minder tijd om te bloggen, omdat ik nu fulltime in het onderwijs werk, als leraar en teamleider. En ik zie op school veel meer, of veel sneller, effect van uitgedragen solidariteit dan van het geschreeuw online. Ik zie een leerling in 6 vwo die met mavoadvies binnenkwam, een leerling in 5 vwo met prachtige cijfers die al een mavo- en havodiploma heeft, nu echt op zijn plek. Kansen geven. Trotse ouders bij profielwerkstukpresentaties die ze zelf misschien helemaal niet begrijpen. Ik zie een leerling die bij mij bijkomt na een bijna-ongeluk en die zegt: ‘Die tekst daar heeft me opgebeurd.’ En dat is deze tekst: ‘Je kunt het bij mij niet verknallen, nooit voor altijd, want elke dag is weer een nieuwe kans.’ Ik weet dat goed onderwijs de vicieuze cirkel van armoede kan doorbreken, verschillen kleiner kan maken, kortom, de basis kan zijn voor een betere samenleving en ik zit daar op mijn plek, ik wil daaraan bijdragen.
Schrijf ik dan niet meer? Heeft schrijven minder zin dan lesgeven? Nee, zo simpel zal ik dat niet opgeven. Wegvluchten in fictie geeft weliswaar geen snelle voldoening, en de rest van de wereld voelt er misschien – nog 🙂 – weinig van, maar ik zal altijd blijven geloven dat we kunst en literatuur nodig hebben om onze blik op de werkelijkheid, onze blik op de ander steeds weer bij te stellen.
In het NRC las ik iets over E. du Perron en zijn roman Het land van herkomst waarin hij zijn vrees, zijn afkeer van het opkomende fascisme en nationaal-socialisme in het slot zeer expliciet verwoordde. Had het zin, want die oorlog kwam er toch…? Zo moet je niet denken. Laat defaitisme nooit je goede intenties overtreffen. Hou vast wat je hebt. We hebben het nodig.
Mooi wat je zegt over het leraarschap. Laten we vooral wakker blijven allemaal. De wereld draait niet vanzelf, of misschien toch wel. haha
LikeLike
Sportieve reactie!
Bij het tweede geval zou ik na “…ik vind dat er iets moet gebeuren” een punt, dubbele punt of desnoods puntkomma hebben geplaatst.
Dan inhoudelijk: ik ben het helemaal eens met: “ik zal altijd blijven geloven dat we kunst en literatuur nodig hebben om onze blik op de werkelijkheid, onze blik op de ander steeds weer bij te stellen.” Mooi gezegd 🙂
LikeGeliked door 1 persoon
Hoe rijm je zin twee van alinea één (het ene uiterste: géén zin) en zin één van alinea twee (het andere uiterste: te lange zin), met jouw reactie op @JohVis op Twitter, 23 januari, over de zinsformuleringen van Dhr. Rutte in zijn brief? Ik citeer: “Gruwelijk. En: dit kost punten op examens!”
Of mag het op blogs wel?
LikeLike
Touché, die ‘misschien’-zin is geen zin.
Ik heb nooit een probleem gehad met te lange zinnen. Ja, ik wijs leerlingen er wel op, maar ik ben in mijn eigen taalgebruik geen purist. Ik vind de puntentelling op examens, juist op dit onderdeel, te ver gaan. Je kunt je dus ook afvragen of we leerlingen wel moeten aanrekenen wat ministers fout doen.
Maar: de stijl van de brief van Rutte bestaat uit een herhaling van losse zinnen. Daar krijg ik wel jeuk van.
LikeLike