
‘Tante Adèle keek uit het raam en volgde hem met de oogen, toen hij bij de kazerne omsloeg en over de hooge brug ging. Hij ging ook niet verder dan even in de Nassaulaan, naar mevrouw Dercksz, maar dien afstand haalde hij, fijn recht van gestalte en stram van beenen: in zijn hoog toegeknoopte overjas schijnbaar niet eens zoo een heel ouden heer, ook al was iedere stap overdacht, gesteund met den zwaren, ivoorknoppigen stok. Om vooral niet merken te laten, dat de kleine wandeling hem was zijn sport en zijn inspanning, véel sport en veel inspanning voor zijn niet meer dan nerveuze krachten, moest hij wel overdenken iederen stap, maar hij slaagde er in als zonder moeite te loopen, stijfrecht: en hij bestudeerde zich in de spiegelramen van de rez-de-chaussée der huizen.’
Het bruggetje van Takma uit Van oude mensen is er nog. Je kunt nog steeds jezelf bestuderen in de spiegelramen van de rez-de-chaussée der huizen. Het geboortehuis van Louis Couperus is er nog. Zelfs de winkel waar hij zijn schrijfpapier haalde, bestaat nog. Ik ben zelf niet zo’n literair toerist, maar liefhebbers van Eline Vere en Van oude mensen kunnen alleen al met dit artikel in de Volkskrant een aardig eindje rondwandelen. Vanwege mijn hertaling van Van oude mensen en voor AD Haagsche Courant bezocht ik Takma’s bruggetje. Het interview (door Geraldina Metselaar) is hier te lezen.
In Engeland blijven verhalen van schrijvers uit diezelfde tijd springlevend in allerlei uitingen. Van televisieseries tot films, toneelbewerkingen en hertalingen, stelt Van Dijk. ,,Denk aan William Shakespeares Romeo and Juliet, Jane Eyre van Charlotte Brontë of Sense and Sensibility en de legendarische mister Darcy van Jane Austen.”
En ja, waarom leest niemand Eva van Carry van Bruggen, terwijl we wel allemaal dwepen met Virginia Woolfs Mrs. Dalloway? (Ja, ik ook, ik hou ook van Woolf, natuurlijk.)
Dat brengt me bij de vraag welke Nederlandse literaire werken nog meer een tweede leven verdienen. Het hoeft niet altijd een hertaling te zijn, een nieuwe uitgave, een goede editie met inleiding of voetnoten, een vrije bewerking of uitgebreidere uitleg van een werk kan ook voor hernieuwde aandacht zorgen. Ik stelde die vragen ook aan de leraren Nederlands op de HSN-conferentie. Dat leidde tot de lijst hieronder (op willekeurige volgorde).
- toneelwerk van Vondel
- Vondel: Jeptha of Offerbelofte
- Cornélie Huygens: Hoogenoord
- Marcellus Emants: Een nagelaten bekentenis (2x)
- W.F. Hermans: De donkere kamer van Damocles
- Louis Couperus: Noodlot (2x)
- Louis Couperus: Eline Vere (2x)
- Louis Couperus: De stille kracht
- Betje Wolff en Aagje Deken: De historie van Mejuffrouw Sara Burgerhart (2x)
- Arthur van Schendel: Het fregatschip Johanna Maria
- Lodewijk van Deyssel: Een liefde
- Lodewijk van Deyssel: Uit het leven van Frank Rozelaar
- Simon Vestdijk: De koperen tuin (2x)
- Simon Vestdijk: Terug tot Ina Damman
- Simon Vestdijk: Ivoren wachters
- iets van Hella Haasse
- Jacob van Lennep: Klaasje Zevenster
- Jacob van Lennep: De roos van Dekama
- Anna Bijns: Refreinen
- Wonderlicke avontuer van twee goelieven
- Herman Heijermans: Op hoop van zegen
- Elckerlijc
- E.J. Potgieter: Jan, Jannetje en hun jongste kind
- J.J. Cremer: Fabriekskinderen
- Hendrik Smeeks: Krinke Kesmes
- Carry van Bruggen: Eva
- Samuel van Hoogstraaten: Rosalijn
- Willem Paap: Vincent Haman
- Jacoba van Velde: De grote zaal
- Frederik van Eeden: De kleine Johannes
- Frederik van Eeden: Van de koele meeren des doods
- Diederic van Assenede: Floris ende Blancefloer
- F. Bordewijk: Karakter
- Jacob Campo Weyerman: Opkomst en val van een koffiehuisnichtje